+31 (0)6 23030331

Medemenselijkheid: een brug in tijden van afstand

Geschreven op 5 juli 2025

“Medemenselijkheid betekent verbondenheid: het is de brug die harten samenbrengt,
levens redt en ons herinnert aan wat ons mens maakt.
— ’t Swarte Schaap

Soms doet het me pijn.
Pijn om te zien hoe hard en afstandelijk onze samenleving is geworden.
Ik betrap mezelf erop dat ik me afvraag:
Welke wereld is dit?
Waar is de medemenselijkheid gebleven?

We leven in een tijd waarin het lijkt alsof we elkaar steeds vaker bekijken door een lens van labels, aannames en angsten. Mensen worden ‘aanvragen’, ‘statistieken’, ‘problemen’ genoemd. We raken verwijderd van de ander — en misschien ook wel van onszelf.

Toch geloof ik dat daar, juist in dat verlies van verbinding, ook de sleutel ligt.
Want hoe komen we terug bij mededogen en compassie, als we niet eerst weer leren voelen wie we zelf zijn?
Terugkeren naar onszelf vraagt moed.
Stil durven staan.
Eerlijk kijken naar wat we voelen. Niet weglopen voor onze eigen onzekerheid of kwetsbaarheid — maar die juist omarmen, als ingang naar begrip voor de ander.

Mededogen begint niet bij de ander. Het begint bij onszelf.

En misschien, heel misschien, zijn we de samenleving wel uit het oog verloren omdat we vergaten dat we samen zijn.
Samen leven.
Niet ieder voor zich, maar verbonden — ook als we het niet altijd met elkaar eens zijn.

Ik moet denken aan het liedje van The Scene:
“Iedereen is van de wereld, en de wereld is van iedereen.”

Wat als we die zin niet alleen horen, maar werkelijk durven voelen?

Wat als we de ander niet langer bekijken als ‘de ander’, maar als een spiegel van onszelf?
Wat als we weer één mens zien, met een verhaal — in plaats van een groep met een etiket?

Ik schrijf dit niet omdat ik de antwoorden heb.
Ik schrijf het omdat ik voel hoe hard we deze vragen nodig hebben.
Omdat ik hoop dat er een hoopje sprank — een vonkje menselijkheid — de wereld over mag gaan.
Dat het iemand aanraakt. Iets opent. Iets verzacht.

Durf jij mens te zijn in een wereld die steeds vaker wegkijkt?


’t Swarte Schaap